Als ik in de werkplaats van een bakkerij aan het werk ben hoor ik plots een bekende stem. Hij lacht. Ik kan het geluid niet meteen thuisbrengen dus kijk nieuwsgierig om het hoekje. Rico kijkt me aan. ‘Hallo’, zegt hij vriendelijk. ‘Hee Rico’, reageer ik ietwat verrast. Hij heeft mij zeer waarschijnlijk verder niets te vertellen en ik weet zo snel niet deze kans uit te buiten dus ik ga weer verder met mijn werkzaamheden. Ik volg het gesprek wat hij heeft metde dame achter de toonbank. Hij is goedlachs en uiterst vriendelijk. Hij praat netjes en neemt de tijd uitgebreid te antwoorden. Ik gluur nog even en zie dat hij geniet van de aandacht. Het is geen patser met een grote bek. Hij kijkt niet gevaarlijk of stoer. Zijn brede postuur en de onwaarschijnlijk dikke benen verraden wel wat, maar verder lijkt hij in niets op de vechtmachine die ik op tv heb gezien. Natuurlijk, Rico Verhoeven is wereldkampioen kickboksen, maar ook ‘gewoon’ een mens, net als wij. Een man die zijn zelf gecreëerde droom leeft voor de maximale 100%. In hoeverre de harde werkelijkheid lijkt op die nachtelijke belevenissen in bed weet ik niet, maar hij weet er wel mee om te gaan. Ook dat kenmerkt een topsporter. De overmatige aandacht beperkt je toch wel een beetje in je dagelijkse leven. Positief of negatief. In Halsteren laten ze hem wel met rust, maar erbuiten zal hij met grote regelmaat aan zijn leren jack getrokken worden. Zijn jongensdroom spreekt veel jongelingen tot de verbeelding. Op de foto met een wildvreemde zal waarschijnlijk wel een keer gewoon worden, maar toch. Voor je het beseft is het een onderdeel van je dagelijkse dingen, zoals boodschappen doen. Lachend pakt hij zijn tasje met brood aan en met de klink in één van zijn bankschroeven maakt hij een einde aan het gesprek. Eén leven. Eén doel. Mooie meisjes stinken ook op de wc. Wereldkampioenen gaan ook gewoon naar de bakker.
Succes Rico…