Samen met een collega doe ik nog even een snelle boodschap voor we op klus gaan. Ik betaal mijn deel en sta aan het einde van de gang te wachten. Het meisje houdt haar hand op en pakt het losgeld aan van mijn werkmaatje. Ze telt en pakt er een 2 euro munt tussenuit. Ze kijkt nog eens goed en houdt de munt op zijn kant. Langzaam leest ze tekst die op de zijkant van de munt staat. ‘…zij met ons..’ zegt ze langzaam en zacht. Ze kijkt ons aan. ‘Er staat wat op’, zegt ze met een verwonderde blik. Ze pakt een andere munt uit de kassa la en houdt deze ernaast. ‘Oh, op deze ook al. Ik heb er meer van’. Eerst denk ik dat ze een geintje maakt, maar dat is niet zo. ‘Denk je dat hij vals is?’, vraag ik haar. Ze kijkt me aan en lacht. Zegt niets. Mijn collega houdt het niet meer en schiet in de lach. ‘Misschien is tie wel geld waard’. Het meisje lacht mee, maar is de weg volledig kwijt. Ik lach wel maar vind het tegelijk ook weer zielig. Niet zo zeer omdat ze het niet weet, maar meer omdat we haar een beetje uitlachen. Ik kan haar voor mijn gevoel niet zo achterlaten en doe een paar stappen terug. Weer bij de kassa lacht ze alweer om en tegen de volgende klant. Ze kijkt me aan en vraagt of ik wat vergeten ben. Ik zeg dat ik dacht dat mijn pasje nog in het pinapparaat zat en draai me om. Ik zat nog met haar in. ‘Zij met ons’ niet zo…